Wist je dat een ecologische tuin niet alleen goed is voor de natuur, maar ook veel minder werk kan zijn? Ik dacht altijd dat zo’n tuin ingewikkeld was — maar afgelopen seizoen heb ik een paar toffe dingen uitgeprobeerd die écht verschil maakten. Misschien werkt het voor jou ook, of misschien ook niet, maar ik deel het toch graag, want in ons buurtje praat iedereen erover.
1. Kies planten die passen bij het Nederlandse klimaat
Het klinkt simpel, maar dat is het vaak niet. Toen ik begon met mijn tuin, gooide ik er allerlei planten neer die ik mooi vond, zonder te letten op waar ze eigenlijk het beste gedijen. Grote fout. Sinds ik me richt op inheemse planten (zoals Zonnehoed – Echinacea – en Wilde salie), zag ik veel minder gedoe met ziektes en ongedierte. Die planten lijken gewoon beter bestand tegen ons wisselvallige weer.
En als je net als ik bent, die geen zin heeft de hele lente met een vergrootglas tussen bladluizen te zitten – probeer deze tip zeker.
2. Maak je eigen natuurlijke mest en compost
Het is misschien ouderwets, maar composteren is een life saver. Ik weet nog dat ik maanden geleden begon met een compostbak achter in mijn tuin, gewoon met keukenafval en wat tuinafval. Het resultaat? Die zwarte, rijke aarde zette mijn tuin echt in vuur en vlam.
Geen zin om te wachten? Probeer eens een simpele mix van koffiedik en eierschalen als snelle natuurlijke mest. Mijn buurman zweert erbij, en hoewel het misschien maar een klein duwtje is, voelde mijn moestuin een stuk gezonder.
3. Zorg voor biodiversiteit (en hup, de insecten ook!)
Een ecologische tuin is – hoe verrassend – ook plek voor je ‘kleine vrienden’. Vlinders, bijen en lieveheersbeestjes houden jouw planten gezond door plagen natuurlijk te bestrijden. Dus niet iedere rups is meteen een vijand.
In onze Facebook-groep las ik laatst dat het helpt om bloemen te planten die aantrekkelijk zijn voor deze insecten. Prik bijvoorbeeld wat klaprozen of lavendel ergens tussen je groente. Mijn ervaring: de oogst wordt er vaak beter van, en je tuin leeft ineens veel meer.
4. Bespaar water zonder stress
Droogte is hier in Nederland misschien niet het eerste waar je aan denkt, maar de zomers worden steeds grilliger. Wat voor mij helpt, is mulchen — een laagje houtspaanders of bladeren houden de grond vochtig en warm.
Daarnaast gebruik ik regenwater — simpel: een regenton aan de achterkant van het huis. Jawel, het is even gepriegel om ‘m goed aan te sluiten, maar het scheelt een hoop water uit de kraan. Misschien jouw tuin ook blij mee?
Tot slot
Ecologisch tuinieren is niet iets waar je meteen in uitblinkt. Ik struikel nog regelmatig over m’n eigen eigenwijsheid, maar ergens in die zoektocht begint het echt te klikken. Probeer een tip uit, kijk wat jouw tuin leuk vindt, en vooral — geniet van dat groen om je heen.
Heb je zelf handige trucjes of vragen? Drop ze hieronder, ik ben benieuwd wat jullie allemaal doen in de tuin!