Je kent het vast: zo’n moment in de tuin waar het gereedschap niet meewerkt. Je dacht even snel de heg te snoeien, maar halverwege breekt het handvat af. Of dat schepje wat je maanden geleden kocht, ligt alweer te roesten. Geloof me, dit overkomt bijna iedereen die met tuingereedschap werkt – ik ook! Wat je vaak over het hoofd ziet, is dat die fouten makkelijk te vermijden zijn. In dit artikel deel ik wat foutjes die ik (en mijn tuin-buddies) maakten én hoe je ze kan voorkomen. Misschien helpt het jou ook om met minder frustratie te tuinieren.
Teveel force en te weinig onderhoud
Een klassieke valkuil is het te hard duwen of trekken. Dat snoeimesje is niet gemaakt om dikke takken door te knippen, en een schep die je als breekijzer gebruikt, klopt ook niet. Mijn buurman heeft z’n schep zo kapot weten te krijgen – terwijl het ding best van een goed merk was.
Dus, wat kun je doen? Neem je tijd. Gebruik het juiste gereedschap voor elke klus. En heel belangrijk: onderhoud je spullen goed. Regelmatig schoonmaken, af en toe olie op de bewegende delen (zoals bij snoeischaren), en de handgrepen checken op scheuren kan je veel ellende besparen. Mijn ervaring leert: een schoon en soepel werkend instrument is gewoon fijner om mee te werken en gaat veel langer mee.
Onjuist opbergen = kortere levensduur
Opbergen – ja, klinkt logisch, maar dit gaat vaak mis. Laat je de spade in de tuin staan? Of stop je het snoeigereedschap weg als het nog nat is? Dan ligt roest op de loer. Mijn vader was altijd streng over droog en beschut opbergen, maar ik dacht soms ‘komt wel goed’. Totdat ik na een paar regenbuien m’n schaar niet meer open kreeg.
Zorg dus voor een droge plek. Een simpele kast, garage of tuinhuisje is al genoeg. En als je ruimte beperkt is, hang je gereedschap dan aan haken, zodat het niet op de grond ligt. Zo voorkom je slijtage door vocht en vuil. Dat scheelt uiteindelijk weer in kosten en frustratie.
Te goedkoop kopen = vaker vervangen
Misschien ken je het wel – even een setje kopen bij de bouwmarkt omdat het goedkoop is. Klinkt verleidelijk, maar meestal werkt zo’n aankoop tegen je. Niet dat je meteen het duurste moet kopen, maar goedkoop materiaal gaat sneller kapot, is onprettiger in gebruik en veroorzaakt vaker blessures. Mijn collega vertelde laatst hoe hij met een ‘budget’ snoeischaar z’n hand openhaalde – niet zo’n pretje.
Daarom kies ik tegenwoordig voor iets betere kwaliteit, zoals gardena of Fiskars, en hou ik het simpel: koop minder, maar beter. Zo’n investering betaalt zich terug in het plezier in de tuin en minder onderweg shoppen voor nieuwe spullen.
Tips om fouten te voorkomen en lekker door te gaan
- Ken je gereedschap. Lees de instructies (ja, echt doen!). Niet elk stuk is hetzelfde.
- Controleer regelmatig op slijtage. Kleine scheurtjes of roest, meteen aanpakken.
- Scherpte telt. Met scherpe snoeischaren werk je fijner en veiliger.
- Doe niet te veel in één keer. Pauzes helpen je hand niet te belasten – vooral met zwaar gereedschap.
- Investeer in de juiste opbergplek. Dat scheelt echt veel stress.
Al met al: tuingereedschap is niet zomaar iets wat je koopt en vergeet. Het verdient aandacht – en dat betaalt zich dubbel terug in minder frustratie en meer plezier. Onlangs besefte ik dat ik sommige van die foutjes zelf jarenlang maakte… misschien herken jij jezelf ook? Laat even weten in de reacties of je dit ervaart, of juist hele andere tips hebt. In ieder geval: veel succes in de tuin – en hopelijk met je gereedschap!
